maandag 9 november 2009

Boterhamgruwelen

Door: Ilse Geijsel

Huisgenoot M. meende laatst te kunnen horen dat ik een boterham met muisjes aan het eten zou zijn (ik at echter een boterham met kaas). Mijn punt? Een opmerking die je buiten Nederland nooit zal horen, omdat de boterham en het broodbeleg typisch Nederlandse fenomenen zijn. Maar waar komt die rare Nederlandse gewoonte een plak brood te snijden en vervolgens te versieren vandaan?

Een artikel over de geschiedenis van de boterham in NRC Handelsblad trok afgelopen zaterdag mijn aandacht. (Link.) ‘Boterham’ heette vroeger vaak ‘boteram’ en heeft dus met ham weinig te maken. Maar beboterd wordt de boterham al op zijn minst sinds 1567. In tijden van schaarste werd dat reuzel, aldus NRC Handelsblad. Boter in combinatie met kaas werd gezien als ‘luxe’, zeg maar het broodje zalm van vandaag de dag.

Mij confronteert de boterham vooral met de culinaire armoede die erachter schuil gaat. Niets zo Nederlands als een zakje witte AH-boterhammen met margarine en vruchtenhagel – inmiddels klef omdat ze te lang in een tas hebben gezeten. Iets waar een Fransman nog niet dood mee gevonden wil worden.

De boterham diende eerst als bijgerecht bij pap en soep en kon bij het ontbreken van aardewerk ook als bord gebruikt worden. Maar aan het einde van de Middeleeuwen heeft het brood zich tot een zelfstandige maaltijd weten te ontwikkelen die veel Nederlanders nu één à twee keer per dag nuttigen. De warme maaltijd midden op de dag is verdwenen. De saaiheid van het eten is terug te zien bij universiteiten en bedrijven waar de kantine vaak niets anders weet dan naast de boterhammen soep-uit-een-pakje en sla-zonder-dressing aan te bieden.

Meerdere malen ben ik op vakantie al boterhametend geconfronteerd met de meewarige blikken van autochtonen. Backpackend met vriendinnen ontwikkelden wij de gewoonte om op een bankje in de buitenlandse zon onze boterhammen te smeren. Nummer één sneed het brood, nummer twee smeerde er boter op, nummer drie en vier legden er respectievelijk kaas en tomaat op. De twee Aziaten op het bankje tegenover sloegen dit staaltje Hollands pragmatisme met grote ogen gade en vroegen na afloop: ‘You eat this every day?’.

Dat andere volkeren meer aandacht besteden aan hun eten en er langere lunchpauzes op na houden, heeft natuurlijk ook nadelen. Na dat glaasje rode wijn tussen de middag is het veel moeilijker weer op gang komen. Een andere typisch Nederlands gewoonte schijnt dan ook te zijn dat wij zo hard werken. En dat is alleen maar positief, toch?

1 opmerking:

  1. Haha, heel herkenbaar, vooral die kleffe witte boterham met vruchtenhagel ;-).
    In Rusland gebruiken ze trouwens nog vaak brood als lepel om het eten mee naar binnen te werken. Maar dat noemen ze zwart brood en het is hard, taai en droog. Dan kan je nog beter klef witbrood hebben...
    X Charlotte

    BeantwoordenVerwijderen